‘Waar heb jij je nagels laten doen?’ Het is niet bepaald een vraag die je verwacht op een avontuurlijke rondreis. Toch zit er in mijn groep een dame die wel erg met haar uiterlijk bezig is. Tip top verzorgd zie ik haar dagelijks in de ontbijtzaal verschijnen. Terwijl anderen zich vooral in gemakkelijke afritsbroeken en t-shirtjes hijsen, heeft zij een elegant jurkje aan, keurig gladgestreken met een reisstrijkijzertje. Ook een stijltang behoort tot haar uitzet, verneem ik een paar dagen later, als iemand haar vraagt of die krullen van haarzelf zijn. En waar de rest in de snikhitte elke vorm van verkoeling omarmt, zoekt zij juist de zon op om nog bruiner dan bruin te worden.

Ook geld is voor haar een belangrijk gespreksonderwerp. Vol vuur vertelt ze hoe ze in dit straatarme land op bodemprijzen nog heeft weten af te dingen. Tegelijkertijd is ze op zoek geweest naar een chique tas, die hier bijna drieduizend euro kost. Dat is zelfs madame te gek. In eigen land heb je zo’n tas al voor tweeënhalfduizend, zegt ze, dus die gaat ze lekker thuis kopen.

De andere groepsleden hebben er misschien ook zo hun gedachten bij. Toch hoor ik geen onvertogen woord tijdens de hele reis. De groep houdt zich in, en ik ook. Maar op de allerlaatste dag gaat het toch nog bijna mis.

Op deze dag reist de groep terug naar Nederland, met een vlucht ‘s avonds laat. Dat is lastig, want in hotels moet je op de dag van vertrek vaak al om 10 uur uitchecken. Ook in ons hotel is dat het geval. Gelukkig heb ik kunnen regelen dat we de kamers tot 12 uur kunnen aanhouden. Rond het middaguur kunnen we de bagage in een zijkamertje van de lobby stallen, waarna we de rest van de dag in het zwembad mogen doorbrengen. Het hotel stelt voor ons zelfs handdoeken beschikbaar, en zijn we uitgezwommen, dan kunnen we ook nog douchen voordat we het vliegtuig in gaan. Wat wil je nog meer, zou je zeggen?

Nou, de kamer aanhouden tot we naar de luchthaven gaan natuurlijk. De deftige dame is er heel duidelijk over. Maakt niet uit wat het kost. Ik snap haar wens, maar zeg dat ik geen ijzer met handen kan breken. Als de kamer gereserveerd is zal ze er toch echt uit moeten.

Die mededeling valt haar rauw op haar dak. ‘Hoezo weet je niet of het lukt!’ reageert ze verontwaardigd. ‘Ik betaal toch?!’ Ik tel tot tien, slik een verwensing in en zeg dat ik mijn best zal doen. Deze dame moet nog leren dat niet alles te koop is, denk ik, terwijl ik naar de receptie loop. Ook al heb je alle geld van de wereld.